De Melkladder
Stap voor stap wennen aan koemelk. De meeste kinderen groeien over hun melkallergie heen. Bij sommige kinderen verdwijnen de klachten rond hun eerste verjaardag, bij anderen wat later. Om je kind veilig en stap voor stap aan melk te laten wennen, kun je de DAVO-melkladder volgen.
Hoe werkt de DAVO-melkladder?
De melkladder bestaat uit verschillende stappen. Je begint met voedingsmiddelen waarin melk goed verhit is. Dit verlaagt de kans op een reactie. Als dat goed gaat, kun je rustig verder opbouwen naar minder verhitte melkproducten.
Je begint met een kleine hoeveelheid en bouwt dit langzaam op:
- Dag 1: Start met ¼ portie.
- Dag 2: Als er geen klachten zijn, verhoog naar ½ portie.
- Dag 3: Gaat dit goed? Geef dan een hele portie.
- Daarna: Blijf dit product een paar dagen aanbieden. Gaat het goed? Geef dan een product uit de volgende stap.
Welke producten kun je geven?
Stap 1: Goed verhitte melk in vaste producten
Begin met:
- Lange vinger
- Lichtbruine biscuit (zoals Maria-biscuit of Theebiscuit)
- Cake, muffin of wafel met melkpoeder
- Kruidkoek of muffin
- (luchtige) crackers
- Kaaskoekjes, kaasknabbels of kaasstengels
Stap 2: Goed verhitte melk in zachte producten
Als stap 1 goed gaat, probeer dan producten waarin melk verwerkt is, maar die zachter of vochtiger zijn:
- Roomboter, margarine, (bak)boter
- Melkhagelslag, vlokken of chocoladepasta
- Vleeswaren/worstsoorten met melkbestanddelen
Stap 3: Verhitte melk in grote hoeveelheid
Nu kan je kind mogelijk producten eten waarin melk minder verhit is:
- Melk
- (Kook)room of creme fraiche
- Kaas in een ovenschotel, op pizza of in aardappelpuree
- Pannenkoek of poffertjes
- Wentelteefje
Stap 4: Kaas en zure melkproducten
Als de vorige stappen goed zijn gegaan, kun je proberen of je kind ook gewone melk verdraagt:
- Kaas , smeerkaas of andere zachte kaassoorten
- Zuivelspread
- Yoghurt of kwark
Stap 5: Melk
Als de vorige stappen goed zijn gegaan, kun je proberen of je kind ook gewone melk verdraagt:
- Melk
- Vla
- Pudding
- Roomijs
- Slagroom
Belangrijke aandachtspunten
- Neem de tijd, elk kind reageert anders. Blijf minstens een paar dagen bij een product voordat je verdergaat.
- Let op klachten, zoals buikpijn, diarree, verstopping of eczeem. Bij klachten: stop en overleg met de jeugdarts.
- Start overdag en thuis, zodat je je kind goed kunt observeren.
- Blijf het product aanbieden als het goed gaat, zodat je kind eraan gewend blijft.
Elk kind doorloopt de ladder in zijn eigen tempo. Sommige kinderen blijven op een bepaald niveau hangen, en dat is ook prima. Kijk vooral naar wat je kind verdraagt. Na een maand of drie kun je weer eens proberen een volgende stap te zetten.
Heb je hulp nodig?
Heb je vragen of maak je je zorgen over je kind? Praat erover op het consultatiebureau of bel naar ons telefonisch spreekuur: (088) 054 99 99.