0 tot 1 jaar

Borst- en flesvoeding

Borstvoeding is de beste voeding voor je baby. En het geven van borstvoeding is ook goed voor jouw gezondheid. Als je geen borstvoeding kunt of wil geven, dan is flesvoeding (kunstvoeding) een betrouwbaar en veilig alternatief.

Goede start

Geef je borstvoeding en loopt dat niet lekker? Geef niet meteen op. Het kan helpen om hulp in te schakelen. Een lactatiekundige kan je tips geven om de borstvoeding beter te laten verlopen. 

Vind een lactatiekundige bij jou in de buurt op de website van NVL Borstvoeding.

Veel gestelde vragen over borst- en flesvoeding


Hoeveel voeding heeft mijn baby nodig?
Je kindje bepaalt zelf hoe vaak en hoeveel hij wil drinken. Het maakt niet uit of je borstvoeding of flesvoeding geeft of een combinatie van beide: de principes zijn hetzelfde. Als je kindje goed groeit, ongeveer 6 natte luiers per dag heeft en levendig is, weet je dat hij genoeg voeding binnenkrijgt.

Voeden op verzoek: voed wanneer je baby dat wil
Er zijn geen regels of een voedingsschema te geven voor hoe vaak baby’s een voeding nodig hebben. Voed gewoon zo vaak als je kind aangeeft te willen drinken. De eerste dagen zal je baby ongeveer 10 tot 12 keer om drinken ‘vragen’. Een babymaag is klein en kan dus nog niet zo veel melk per keer aan. Daarom vraagt je baby vooral in het begin heel vaak om melk. Bovendien is melk eten en drinken tegelijk. Je baby kan ook gewoon alweer dorst hebben. De eerste weken drinken baby’s ongeveer 10 keer per 24 uur. Rond 6 maanden willen de meeste baby’s ongeveer 6 keer per dag een voeding. 

Als je twijfelt of je baby voldoende drinkt, neem dan contact met ons op.

Voed zoveel als je kind wil
Ook zijn er geen regels voor hoeveel je kind nodig heeft. Je baby geeft namelijk zelf aan wanneer hij genoeg heeft gehad. Je kindje is geboren met een natuurlijk gevoel voor honger en verzadiging. Hij voelt daarmee zelf heel goed aan wanneer hij vol zit. Als je baby genoeg heeft gehad, stopt hij vanzelf met drinken.

Geef je (ook) een flesje? Het flesje hoeft niet leeg. Houd de signalen van je baby in de gaten, zoals het wegdraaien van het hoofdje, melk uit de mondhoeken laten lopen, onrustige bewegingen maken met de handjes en niet meer gretig toehappen als je de fles opnieuw aanbiedt. Genoeg is genoeg! Als je kind na een half uur nog zijn fles niet leeg heeft kun je beter stoppen. Het is een teken dat hij niet zo veel trek heeft.

De mythe van regelmaat
Je baby zal niet keurig om de 2 of 3 uur om drinken vragen. Elk kind heeft zijn eigen ritme. De een zal vaker of meer willen drinken willen dan een ander. Er zijn globale overeenkomsten tussen baby’s. Zeker de eerste dagen willen baby’s gedurende 1 of 2 periodes van de dag vaker en langer drinken, en tussendoor langer slapen. Later doen baby’s dat vaak in de late middag en vroege avonduren, zodat ze ’s nachts een langere slaapperiode kunnen overbruggen. Dit zogenoemde 'clusteren' is heel normaal, probeer er dan ook niet tegenin te gaan door je baby een vast voedingsschema op te leggen.

Hoe weet je of je baby genoeg drinkt?
Als je voedt wanneer je baby dat wil en hem laat beslissen hoeveel hij wil drinken, dan komt het bijna nooit voor dat een kind niet genoeg krijgt.
De eerste weken
weet je dat je kind genoeg drinken krijgt als hij :

  • ongeveer 6 natte luiers per dag heeft;
  • 2 tot 5 poepluiers per dag heeft.

Het aantal poepluiers wordt na een week of zes minder. Dat komt omdat de darmen dan alle moedermelk kunnen verteren. Er blijven dan weinig of geen afvalstoffen meer over. Een baby gaat dan minder poepen, soms nog maar 1 keer per 2 weken. Het aantal poepluiers is dus geen indicatie meer of je kind voldoende drinkt. 

Na
ongeveer 6 weken weet je dat je baby genoeg krijgt als hij:

  • goed groeit
  • ongeveer 6 natte luiers per dag heeft
  • levendig is.

Twijfel je of je baby voldoende drinkt? Geef dan niet een extra fles maar neem contact op. Als je borstvoeding geeft, kun je ook contact opnemen met een lactatiekundige.

De groeicurve van je baby: afvallen en aankomen
Je baby valt na de geboorte eerst wat af. Na zo’n 2 weken is de baby meestal weer terug op zijn geboortegewicht. In de eerste 6 maanden groeit een baby ongeveer 150 gram per week. Op het consultatiebureau wordt bijgehouden of je kind volgens zijn groeicurve groeit.

Regeldagen
Een baby heeft rond de 10 dagen, 6 weken en 3 maanden vaak ‘regeldagen’. Dit zijn dagen waarop hij onrustig is en vaker wil drinken. Omdat je baby zich snel ontwikkelt, heeft hij behoefte aan steeds meer voeding en geruststelling. Tijdens regeldagen zorgt hij ervoor dat hij die voeding en aandacht ook krijgt.

Neem de tijd om weer op elkaar afgestemd te raken. Voed je kind vaak. Houd verder je baby dicht bij je. Ga bijvoorbeeld samen in bad of leg je blote baby op je blote huid. Zo kalmeert je baby. Na 2 dagen heeft je baby een nieuw ritme gevonden en zal de rust terugkeren.

Twijfel je over je melkproductie?
Je kunt niet controleren hoeveel moedermelk je kind binnenkrijgt als je de borst geeft. Hoe meer melk je baby drinkt, hoe meer melk jij produceert. Je baby regelt op die manier dus zelf dat hij voldoende melk krijgt. Ben je bang dat je te weinig moedermelk aanmaakt? Geef dan niet een extra voeding maar schakel een lactatiekundige in. 

Hoeveel voeding geef je in een fles?
Geef je kind op een dag ongeveer 150 milliliter voeding per kilo van zijn gewicht. Dit is een richtlijn en geen wet. Je kindje geeft zelf aan hoe vaak en hoeveel hij wil drinken.


Borstvoeding afbouwen

Wil je borstvoeding (gedeeltelijk) afbouwen, dan kun je dit het beste geleidelijk doen. Zo geef je je borsten de tijd om de hoeveelheid melk aan te passen. Hierdoor heb je minder last van stuwing en minder kans om een borstontsteking op te lopen.

Elke 5 tot 7 dagen kun je een borstvoeding vervangen door 1 voeding met kunstvoeding. Na 10 tot 14 dagen heb je dus 2 borstvoedingen vervangen door 2 kunstvoedingen, na 15 tot 21 dagen zijn 3 borstvoedingen vervangen door kunstvoeding, enzovoorts. Omdat je kind zo steeds minder vaak uit de borst drinkt, neemt de melkproductie langzaam af.

Je kunt er voor kiezen om niet alle borstvoedingen af te bouwen. Je geeft dan bijvoorbeeld alleen ‘s ochtends en ‘s avond nog de borst. De andere melkvoedingen vervang je door kunstvoeding. De kans bestaat dat de borstvoeding uiteindelijk toch meer terugloopt dan je wilt, omdat niet vaak genoeg wordt aangelegd. Als je dat niet wilt kun je een paar dagen weer vaker aanleggen, of overdag een keertje kolven.
Tip: vervang de borstvoeding(en) die jij het minst handig vindt.

Lees meer over borstvoeding afbouwen op de website van het Voedingscentrum.